De artefacten van de 'Neanderhalers in Frieslân' in het IJstijdenmuseum te Buitenpost. Door Marcel Niekus 'Hyalithicum' genoemd. Om de hoogglans, het hyaliet, beter de doen uitkomen is deze opname in Photoshop zodanig bewerkt dat de artefacten in een verduisterde ruimte lijken te liggen. Het effect is dat de hoogglans extra zichtbaar wordt. Sommige stenen fonkelen werkelijk als edelstenen. De lichtval op de stenen wordt niet teruggekaatst door het originele oppervlak van de stenen, maar door het laagje hyaliet dat er in het begin van het Eemien, direct na het afsmelten van het landijs van de Saalegletsjer op is afgezet. De milieu-omstandigheden voor dit afzettingsproces waaren toen daarvoor precies goed.
Deze artefacten zouden het bewijs zijn dat de Neaderthaler in Fryslân vertoefd zou hebben. Ze komen van diverse locaties op het Drents/Friese keileemplateau, van Mander tot aan Buitenpost. Ze werden allemaal gevonden aan de oppervlakte van akkers. Vaak werden ze aangetroffen tussen de artefacen op de vindplaatsen van de latere Holocene culturen van het Hamburgien, de Tjongercultuur, het Ahrensburgien, het Mesolithicum en het Neolithicum, die soms fraai gelegen zijn in het landschap. Daarom wordt gesteld dat de Neanderthaler ook voorkeur had voor dit soort locaties.
Het zoeken naar Neanderthal-nederzettingen in deze Holocene laag is tijdverspilling, want de Neanderthaler stamt uit een andere tijd en leefde op de bodem die wij nu 'het keizand' noemen. Deze ligt stratigrafisch gezien dieper weg, onder al de boven genoemde culturen uit het Holoceen.