Wanneer het kalkrijk is. Hyaliet is een afgezet laagje op vnl. vuursteen. Het is doorzichtig en hoogglanzend. Uit metingen met een edax op een elektronen microscoop is vastgesteld dat dit laagje enkel uit silicium bestaat (Boom 1976). Dit hoogglanslaagje kan waar ook ter wereld ontstaan, de juiste voorwaarden moeten daarvoor dan wel aanwezig zijn, zoals een Hoge Ph (kalk) en stromend water, waardoor silicium oververzadigd kan raken en via een gel kan neerslaan. In Nederland was dat alleen mogelijk tijdens of direct na het afsmelten van het kalkrijke gletsjerijs van het Saale-landijs, 130.000 - 125.000 geleden, dat een enorme waterbeweging veroorzaakte. Alle stenen die in de gletsjer waren opgenomen kwamen vrij en raakten in deze kolkende watermassa's op drift, ook de daarin opgenomen artefacten uit de streken waar het landijs overheen was geschoven richting ons land. In die periode waren de milieu-omstandigheden in Noord-Nederland ideaal voor het afzettinsproces van hyaliet op stenen. De artefacten uit Noord-Nederland waarop het hyaliet toen werd afgezet zijn dus ouder dan dit proces zelf. Ze behoren tot de culturen van vòòr het Saalien.
Hierin valt het Markkleebergien van 180.000 BP, maar ook het Heidelbergien. De Homo heidelbergiensis leefde tussen 180.000 en 800.000 jaar geleden. Hij was in ieder geval aanwezig in Duitsland, niet ver van de Nederlandse grens. Daar werd immers zijn eerste fossiel gevonden, in Mauer nabij Heidelberg, wat hem z'n naam gaf. De in situ's van deze cultuur werden ook door het landijs overreden en meegenomen en kwamen eveneens vrij tijdens het afsmelten. Het artefactenvoorkomen op het oppervlak van het overgebleven morenenlandschap bestaat dus uit, in ieder geval, de restanten van twee culltuurfases. Van beide culturen is de typologie door opgravingen bekend geworden. Het zijn artefacten van deze culturen die los gevonden worden op de akkers op het Drents/Fries keileemplateau. De overeenkomst tussen de typologie van het Markkleebergien en de typologie van het Moustérien zijn op vele punten gelijk. In beide culturen komt o.a. de Levalloistechniek voor.
Levallois-afslagen, -spitsen, -klingen en vuistbijlen met hyaliet worden dan ook steevast tot het Micoquin en het Moustérien gerekend van ver na de Saale; ditzelfde gebeurt blijkbaar ook met Heidelberg-choppers, hoewel van beide culturen geen enkele in situ is aangetoond op het Drents/Fries keileemplateau. Het zijn m.n. deze artefacten die in de vitrines van het IJstijden Museum tentoon worden gesteld.
Vanaf begin Eemien ± 125.000 BP, ontkalkte de bodem door plantengroei en werd zuur, hierdoor stopte het hyaliet-afzettingsproces. Dat duurt voort tot in onze tijd. Artefacten die dus tot deze periode worden gerekend kunnen geen hyaliet op het oppervlak hebben gekregen.
De in situ's van Hoogersmilde, Hijken, Eemster en Schuilenburg hebben dit meerdere malen bevestigd.
Dat zijn de werkelijke artefacten van de Neanderthaler.
Gegevens gebaseerd op de onderzoeken van G.J.van Noort.
Na het afsmelten van het landijs van de Saale bleef er in het noorden van ons land een zgn. morenen landschap achter met stenen van allerlei formaten, waaronder de enorme 'hunebedstenen'. Hierop leefde de Neanderthaler en later de eerste Homo sapiens die ons grondgebied binnenkwam. Tijdens de opvolgende Weichselijstijd verdwijnt de Neanderthaler uit het beeld en komt niet weer terug. In de koudste fase van de Weichsel werden over het oude morenlandschap dekzanden afgezet, ook over de aan de oppervlakte liggende zwerfkeien. Deze zanden overdekten alles. Het is onze huidige bodem. Dit landschap werd door de millennia heen in cultuur gebracht.
Dit zijn de dekzand-akkers die het oude keizand-morenenlandschap overdekken. In de ondergrond zitten nog tig-miljoenen zwerfstenen, waaronder ook grote aantallen hyaliet-artefacten. Door landbouwactiviteiten en vorst worden er elk jaar weer vele omhoog gewerkt. Een deel daarvan ligt op de expositie 'Neaderthalers in Fryslân en vult vele publicaties.
De akker foto's zijn gemaakt door Jeroen. 1: akker Eext; 2: akker Hijkerveld; 3: akker Tynaarlo.